Provincie Utrecht ontwikkelt 3D-systematiek voor ondergrond
Provincies en gemeenten staan voor grote ruimtelijke opgaven waarbij water, bodem en ondergrond een centrale rol spelen. Denk aan klimaatadaptatie, drinkwaterwinning en de energietransitie. Zo ook de provincie Utrecht die voor deze opgaven een gebiedsgerichte 3D-systematiek voor de ondergrond ontwikkelt.
De ondergrond visualiseren in drie dimensies geeft inzicht en een beter beeld om weloverwogen, duurzaam beleid te kunnen maken voor het gebruik ervan. De eerste stap in deze ontwikkeling is de juiste ondergronddata op het juiste detailniveau selecteren en samenbrengen, wat in samenwerking met TNO Geologische Dienst Nederland (TNO-GDN) is gerealiseerd.
TNO-GDN is het landelijke kenniscentrum van de ondergrond. “Wij nemen data in, beheren die en maken het digitaal toegankelijk. Ook adviseren wij overheden over het gebruik van de ondergrond. Verder doen wij onderzoek, gericht op het duurzaam gebruik van de ondergrond voor maatschappelijke doeleinden”, aldus Jelle Buma, geohydroloog bij TNO-GDN.
De in Utrecht gevestigde organisatie heeft alle technische en wetenschappelijke kennis over de ondergrond in huis. “Om die complexe informatie bruikbaarder te maken voor regionale en lokale toepassingen voeren wij een aantal pilots uit in samenwerking met lokale en regionale overheden”, vertelt Jelle. De samenwerking met de provincie Utrecht is daar een voorbeeld van.
Voldoende opties
Marian van Asten, technisch natuurkundige en beleidsadviseur bij de provincie Utrecht, is nauw betrokken bij de pilot: “Als provincie hebben wij strategische grondwatervoorraden aangewezen. Om ervoor te zorgen dat er in de toekomst voldoende opties zijn voor de winning van grondwater voor de drinkwatervoorziening. Er is echter ook vraag naar bodemenergie om bijvoorbeeld nieuwe woningen mee te verwarmen. Dit kan conflicteren met elkaar. Neem gesloten bodemenergiesystemen, die veel worden gebruikt om woningen zonder gas te verwarmen en koelen. Deze kunnen een risico vormen voor een drinkwaterwinning als een beschermende kleilaag in de ondergrond onzorgvuldig wordt doorboord. Dus, je moet goed kijken waar je ruimte kan geven aan het een en waar aan het ander. Daarvoor heb je nauwkeurige data nodig.”
Die ondergrond- en grondwatergegevens zijn weliswaar beschikbaar, maar op verschillende plekken via diverse bronnen. Veel uitzoekwerk dus. Bovendien is het niet eenvoudig om tot een goede vertaalslag van die data te komen, doordat het gaat om heel specifieke, technische en complexe gegevens.
Hoofdthema’s
TNO-GDN heeft de provincie geholpen om vraagstukken waarbij ondergronddata van belang zijn op een rij te zetten. Samen inventariseerden zij de behoeften en werkten die uit in verschillende onderzoeksvragen. Daar kwamen twee hoofdthema’s uit: grondwater en warmte. “Met elkaar zijn we vervolgens nagegaan welke data hiervoor nodig zijn en tot welk detailniveau. Dat leverde soms diepgaande inhoudelijke discussies op, maar dat was ook nodig. Je hebt een vereenvoudiging nodig van de data, maar die moet wel betrouwbaar blijven”, aldus Marian.
Basis voor beleid
Het resultaat is een bruikbare dataset voor de provincie Utrecht. Binnen de provincie zijn vier deelgebieden te onderscheiden, die allemaal een andere opbouw van de ondergrond laten zien. Denk aan de Utrechtse Heuvelrug, daar is de ondergrond beduidend anders dan in de rest van de provincie, door het grotendeels ontbreken van kleilagen. Marian vult aan: “We moeten nu verder aan de slag met de ontwikkeling van een driedimensionale visualisatie. Om het nog eenvoudiger te maken om de data te benutten.”
Een 3D visualisatie van de ondergrond maakt het mogelijk om de diepteligging, kwaliteit en eigenschappen van de strategische grondwatervoorraad en het aangrenzende grondwater beter te kunnen omschrijven. Dit vormt bovendien een basis voor beleidsvorming, regelgeving en besluitvorming en communicatie met collega’s, bestuurders en inwoners.
Data openbaar
De gegevens en informatie uit de dataset zijn straks voor iedereen openbaar. “Alle overheden hebben verantwoordelijkheden en bevoegdheden als het gaat om het gebruik van de ondergrond. Dat je dan beschikt over dezelfde data en dezelfde interpretaties ervan is in de samenwerking erg belangrijk. Het zou dan ook mooi zijn om een Utrechts kennisnetwerk voor de ondergrond te hebben, met o.a. Utrechtse gemeenten, waterschappen en drinkwaterbedrijven. Om met elkaar de juiste keuzes te kunnen maken voor de verschillende belangen die er zijn. Er ligt een aanzet voor zo’n netwerk en dit is zeker een onderwerp om daar in te brengen.”
Marian gaat binnenkort de boer op om ervoor te zorgen dat de dataset gebruikt wordt. “Daar moet je echt in investeren, want het is zonde als deze data niet wordt gebruikt.” De regionale uitvoeringsdienst (RUD) is als eerste aan de beurt. “Daar gaan wij uitleg geven over hoe we tot de resultaten zijn gekomen en hoe de kennis te gebruiken is. Omdat zij de dataset in de toekomst gaan gebruiken bij de vergunningverlening die zij namens ons uitvoeren, is het wenselijk om de teams actief benaderen met gerichte informatie en uitleg.”
Landelijk toepasbaar
Voor TNO-GDN dient de pilot als opmaat naar het ontwikkelen van een duurzame informatievoorziening voor andere decentrale overheden. “Gemeenten en provincies kunnen zelf ook aan de slag met het opzetten van een, op de regionale of lokale situatie toegesneden dataset voor ondergrond en grondwater,” zegt Jelle. “Aan de hand van een script dat wij hiervoor hebben ontwikkeld kan efficiënt en reproduceerbaar een vergelijkbare vertaalslag van onze ondergrondmodellen worden gemaakt.”
Wil je meer weten?
Heb je vragen of wil je meer weten over de pilot “Informatievoorziening ten behoeve van de strategische grondwatervoorraad in de provincie Utrecht”? Neem contact op met Jelle Buma, geohydroloog bij TNO-GDN via onderstaande blauwe knop met het label ‘Mail direct’.
Ben je geïnteresseerd in de informatievoorziening en kennisdeling met lokale en regionale overheden, de samenwerking en de producten die wij hiervoor ontwikkelen? Kijk dan op onze projectpagina: Informatievoorziening decentrale overheden | TNO-GDN, of neem contact op met Noortje Versteijlen, projectleider.