3D-kartering

Met de driedimensionale kaarten die wij maken, bieden we inzicht in de ondiepe en diepe ondergrond. Onze modellen kunnen steeds meer vragen beantwoorden die leven bij gebruikers van de bodem en de diepere ondergrond. Zo helpt de Geologische Dienst Nederland belanghebbenden om kansen en risico’s in te schatten en om beslissingen te nemen. 

Ondergrond vastleggen in modellen

Driedimensionale kaarten maken het mogelijk om de ondergrond in alle richtingen te doorkruisen. In onze modellen verbinden we data die zijn verkregen uit boringen voor bijvoorbeeld putten en geothermische doubletten, maar ook uit boorgatmetingen. We verwerven bovendien zelf geofysische data via bijvoorbeeld elektromagnetische metingen. Via geostatistische technieken kunnen we de samenhang vinden die is verstopt in de enorme dataset van gegevens. Daarmee kunnen we voorspellen hoe de tussen de datapunten gelegen sedimenten eruit zien. Hoe meer informatie bekend is, hoe gedetailleerder de kaart. Ook de diepe ondergrond, waarvan relatief weinig gegevens beschikbaar zijn, kunnen we zo steeds beter ontsluiten. Een deel van onze 3D-kartering gebeurt in het kader van onze wettelijke taak ondergrondmodellering.

In 3D meer vragen beantwoorden

We werken samen met diverse stakeholdersgroepen, die hun wensen bij ons kenbaar maken. Doordat digitale 3D-kaarten snel aan te passen zijn, kan de GDN hun vragen beantwoorden over recente veranderingen in de bodem en de ondergrond, zoals bodemdaling en de oorzaken en gevolgen daarvan. Ook de aansluiting tussen land en zee is steeds beter te maken, waardoor onze modellen nieuwe vragen kunnen beantwoorden over het gebruik van de ondergrond in kustgebieden, bijvoorbeeld voor de aanleg van windparken.

Zelf in 3D werken

De ondergrond is eenvoudig in 3D in je eigen GIS-systeem te bekijken of via je internetbrowser, dankzij de BRO 3D webservices. Daarnaast is er ook de SubsurfaceViewer: gratis professionele software om de ondergrondmodellen in 3D op de eigen computer te bekijken. Net als bij de 3D webservices kun je dat combineren met je eigen data. De SubsurfaceViewer en modelbestanden voor gebruik in de SubsurfaceViewer kunnen gekozen worden bij het downloaden van DGM, REGIS II, GeoTOP of DGMdiep via DINOloket of BROloket.

Uitsneden voor specifieke doeleinden

Het is mogelijk om uit onze modellen voor specifieke doeleinden uitsneden te maken, zoals de zandhoudende geulsystemen van de rivieren de Rijn en Maas in de deklaag van Zuid-Holland, die is ontstaan tijdens het Holoceen. Het model toont dan op welke locaties, op verschillende diepten, door klei- en veenpakketten omgeven doorlopende zandpakketten (‘zandbanen’) voorkomen, en geeft tegelijkertijd informatie over de korrelgroottesamenstelling van het zand. 

Gebruik onze 3D-modellen via het DINOloket

Bovenste 50 meter in detail: GeoTOP

Het model GeoTOP wordt met name gebruikt bij vraagstukken over infrastructuur en de winning van zand en grind. GeoTOP geeft in detail een driedimensionaal beeld van de ondiepe ondergrond, tot een diepte van maximaal 50 meter onder NAP. Dat is het door de mens meest intensief benutte deel van de ondergrond. GeoTOP is een verfijning van het bovenste deel van de matig diepe modellen DGM en REGIS II. In GeoTOP is de Nederlandse ondergrond opgedeeld in miljoenen voxels – volume-eenheden – van 100 x 100 x 0,5 m. Iedere voxel bevat informatie over de grondsoort en daarmee samenhangende fysische en chemische eigenschappen.

Een ander model is NL3D, een landsdekkend lage-resolutievariant van GeoTOP met voxels van 250 x 250 x 1 m. NL3D geeft voor heel Nederland informatie over de bodemopbouw tot een diepte van 50 m.

Bovenste 500 meter: DGM en REGIS II

In het Digitaal Geologisch Model (DGM) is de ondergrond van Nederland opgebouwd van een diepte van 500 meter tot aan het maaiveld. In het model zijn de lithostratigrafische eenheden in de ondergrond digitaal op elkaar gestapeld. Het DGM geeft met dikte- en dieptevlakken inzicht in de opeenvolging van lagen, en verduidelijkt de ruimtelijke samenhang van de eenheden op regionale schaal in kaartbeelden en profielen.

Het REgionaal Geohydrologisch InformatieSysteem (REGIS II) is van belang voor provincies, waterschappen en waterleidingbedrijven. Het model is de hydrogeologische verfijning van het DGM en geeft inzicht in hoe doorlatend de bodem is voor grondwater. Elke geologische eenheid (formatie) is onderverdeeld in goed doorlatende (zandige) en slecht doorlatende (kleiige) lagen. De geohydrologische waarden in het model zijn gemiddelden voor toepassingen in grondwaterstudies. 

GeoTOP, DGM en REGIS II maken deel uit van de Wet op de Basisregistratie Ondergrond. Informatie over die modellen is te vinden via het BROloket.

Diep bereik: DGM Diep

Ons diepe model DGM Diep vormt de basis voor vragen over aardwarmte en is het framework voor informatie over conventionele energie. Het heeft een bereik tot, op sommige plekken in Nederland, 7.000 meter diepte. Het is van belang voor alle mijnbouwactiviteiten in ons land. Tot op heden was het van belang voor de gaswinning in Nederland. Tegenwoordig levert het ook een belangrijke bijdrage aan de energietransitie: het model kan helpen inschatten uit welke waterhoudende lagen – aquifers – aardwarmte te winnen is.

Kennis voor toepassingen

Informatie die volgt uit onze kartering is ook te vinden via diverse tools die wij bieden. Zoals Delfstoffenonline, met kennis voor de winning van zand en grind. Op de website Grondwatertools, met daarop de Grondwaterstanden in beeld en de Grondwaterkwaliteit in beeld, bieden wij kennis waarmee een duurzame watervoorziening in te richten is voor burgers, industrie en landbouw.

Lees meer over onze producten

Zie ook